Evenals de afgelopen jaren schrijft Deventer zwarte cijfers. Na alle verrekeningen bedraagt het saldo €2,7 miljoen voordelig. Hierbij merken wij op dat in de 2e en 3e kwartaalrapportage 2018 voor in totaal €1,4 miljoen is onttrokken uit de generieke weerstandsreserve voor het sluitend maken van de Begroting 2019. In de 4e Kwartaalrapportage 2018 was een voordelige uitkomst van de rekening 2018 van €1,9 miljoen voorspeld. De verbetering zit voornamelijk in een groter voordeel uitgaven Jeugd.
Het voordelig saldo is aangewend bij de 1e kwartaalrapportage en Kaderbrief 2019.
Meer informatie
Uitgaven en inkomsten
Uitgaven
In 2018 heeft de gemeente €390,8 miljoen uitgegeven aan haar taken, activiteiten en stortingen in de reserves (programma’s 1 tot en met 11). Aan algemene dekkingsmiddelen (programma 12) is ruim €30,2 miljoen uitgegeven. Het gaat hier onder meer om:
- financieringslasten;
- stortingen in gemeentelijke reserves;
- diverse bedrijfsvoeringskosten.
Inkomsten
Zonder inkomsten geen uitgaven. De gemeente heeft verschillende inkomsten. Die komen voor het grootste deel uit de algemene dekkingsmiddelen.
De totale inkomsten bedroegen in 2018:
- €182,2 miljoen via de 11 programma’s;
- €245,4 miljoen aan algemene dekkingsmiddelen. In totaal €427,6 miljoen (inclusief bedragen uit reserves).
Het totaal aan lokale heffingen en onroerendezaakbelastingen bedraagt hiervan €56,2 miljoen.
Verkorte Balansweergave
(bedragen x €1.000) | |||||
Activa | 31-12-2018 | 31-12-2017 | Passiva | 31-12-2018 | 31-12-2017 |
Vaste activa | Eigen vermogen | ||||
Immateriële vaste activa | 3.852 | 3.470 | Algemene reserve | 17.367 | 10.059 |
Materiële vaste activa | 247.883 | 246.822 | Bestemmingsreserves | 50.141 | 62.092 |
Financiële vaste activa | 59.008 | 50.332 | Resultaat rekening | 6.561 | 4.053 |
Totaal Eigen Vermogen (1) | 74.069 | 76.204 | |||
Voorzieningen (2) | 9.490 | 9.318 | |||
Vaste schulden (3) | 331.337 | 276.063 | |||
Totaal Vaste activa | 310.743 | 300.624 | Totaal Vaste financieringsmiddelen (1+2+3) | 414.896 | 361.585 |
Vlottende activa | Vlottende passiva | ||||
Voorraden | 57.530 | 68.405 | Kortlopende schulden | 24.930 | 57.333 |
Vorderingen | 37.365 | 13.015 | Overlopende passiva | 22.797 | 18.149 |
Liquide middelen | 5.885 | 5.946 | |||
Overlopende activa | 51.100 | 49.077 | |||
Totaal Vlottende activa | 151.880 | 136.443 | Totaal Vlottende passiva | 47.727 | 75.482 |
Totaal generaal | 462.623 | 437.067 | Totaal generaal | 462.623 | 437.067 |
Activa
De stijging van de activa is met name het gevolg van de stijgingen van de vorderingen. Dit betreffen hogere uitzettingen in Rijks schatkist.
Passiva
Het eigen vermogen is licht gedaald in vergelijking met 2017. Het vreemd vermogen (vaste schulden) is gestegen. Dit komt door het sluiten van vaste geldleningen. De kortlopende schulden zijn afgenomen door een daling van de kasgeldleningen.
Ontwikkeling Eigen Vermogen
Structurele bedragen
De diverse voor- en nadelen in de rekening 2018 zijn deels van structurele aard. Een deel hiervan is al verwerkt in de begroting 2019. Dit geldt niet voor het voordelige verschil op Jeugd. In de 1e kwartaalrapportage 2019 is voorlopig uitgegaan van een structureel voordeel van €500.000.
Reserves
Per 1 januari 2018 bedroeg het saldo van de reserves €72 miljoen (exclusief rekeningresultaat). In de jaarrekening 2018 is dit gedaald naar €68 miljoen (exclusief rekeningresultaat). De stand van de reserves op 31 december 2017 en 31 december 2018 kan over de verschillende categorieën als volgt worden verdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
31-12-2017 | 31-12-2018 | |
Reserves met specifiek weerstandsmotief | 14.602 | 15.708 |
Reserves met algemeen weerstandsmotief | 1.263 | 1.660 |
Bestemmingsreserves met bestedingsfunctie | 5.267 | 4.518 |
Bestemmingsreserves met egaliserende functie | 28.069 | 24.275 |
Bestemmingsreserves met rentebeslag | 6.328 | 4.725 |
Financieel technische bestemmingsreserves | 16.618 | 16.623 |
De daling van de bestemmingsreserves met egaliserende functie is met name een gevolg van de daling van de reserve tarieven huishoudelijk afval.
Resultaat grondexploitaties
In de rekening 2018 zijn de verliesvoorzieningen grondexploitaties in vergelijking met de raming in de begroting 2019 toegenomen met €2,6 miljoen. In totaal bedragen de verliesvoorzieningen dan €48,7 miljoen. Daarentegen zijn de risico's met €2,3 miljoen gedaald. De winstgevende grondexploitaties zijn toegenomen met €0,6miljoen. Van de winstgevende grondexploitaties is op basis van de BBV-regels voor €0,7 miljoen winst genomen. De boekwaarde van de grondexploitaties per 31-12-2018 (exclusief verliesvoorzieningen) is €120 miljoen. Hiervoor is dus een verliesvoorziening opgenomen van €48,7 miljoen. Zie voor een nadere toelichting paragraaf Grondbeleid.
Renteresultaat
Het renteresultaat voor 2018 bedraagt €0,74 miljoen positief. Dit is het verschil tussen de doorbelaste rente aan activa en de werkelijke rentekosten. Het begrote renteresultaat 2018 bedroeg het resultaat €0,58 miljoen. Dit verschil van €0,16 miljoen wordt met name veroorzaakt door de hogere doorbelaste rente.
Weerstandsparagraaf
De gemeente beschikt over voldoende weerstandsvermogen als de uitkomst van de ratio tussen beschikbare weerstandscapaciteit en de benodigde capaciteit minimaal 1 is. In de rekening bedraagt de ratio 1,07.
Vergeleken met de begroting 2019 die in november 2018 is vastgesteld is de omvang van de risico’s met €1,1 miljoen lager. Dit wordt met name veroorzaakt door een lager risicoprofiel voor de grondexploitaties. Het weerstandsvermogen is gelijk gebleven. Conform de beleidsnota's: risicomanagement en weerstandsvermogen en reserves en voorzieningen wordt het meerdere boven de ratio 1 (€1,1 miljoen) in de Voorjaarsnota 2019 gestort in de generieke weerstandsreserve.
Vennootschapsbelasting
Per 1 januari 2016 is de wet modernisering Vennootschapsbelastingplicht overheidsondernemingen in werking getreden. De gemeente Deventer is in 2014 gestart met een onderzoek naar de gevolgen van de invoering van deze wet. Het onderzoek dat is gebaseerd op de activiteiten en cijfers van 2015 en 2016. Dit onderzoek heeft geresulteerd in een tweetal rapportages;
Implementatietraject Vpb (06-12-2016)
In dit rapport is uitvoerig ingegaan op het proces van wetsonderzoek, activiteit inventarisatie en beoordeling en toetsing daarvan aan het wettelijk kader. Op basis van onderzoek naar de feiten en omstandigheden is vervolgens het standpunt ingenomen, dat de gemeente Deventer voor geen enkele activiteit kwalificeert als onderneming in de zin van de wet Vpb (ondernemingstoets).
Vpb en het grondbedrijf (03-02-2017)
In de memo wordt ingegaan op het DNA (profiel) van het grondbedrijf. Vervolgens is op basis van het toepassen van de zogenaamde QuickScan (ontwikkeld door de Samenwerking Vennootschapsbelasting Lokale Overheden - SVLO) onderzocht of de gemeente Deventer met haar grondexploitatie activiteiten een onderneming vormt voor de wet Vpb.
Op basis van de uitkomst van het onderzoek naar de activiteiten van het Grondbedrijf en het toepassen van de QuickScan is het standpunt van Deventer dat zij, ook voor haar Grondbedrijf activiteiten, niet kwalificeert als onderneming in de zin van de wet Vpb (ondernemingstoets).
Op de uitkomsten van de onderzoeken is een review gehouden door een extern belastingadviesbureau. Daarbij is onder andere de juiste toepassing van de wet- en regelgeving beoordeeld. Door het betreffende adviesbureau is vervolgens het volgende geconcludeerd voor wat betreft de accountantscontrole jaarrekening 2016;
Onderhavige beoordeling (rapport Beoordeling van de Concept-Rapportage van de Vpb-plicht – Gemeente Deventer) toont richting de accountant aan dat in het proces en de vastlegging van de onderliggende onderbouwing van de eventuele vennootschapsbelastingplicht voldoende ‘checks en balances’ zijn opgenomen.
Het proces van de invoering van de Vpb plicht voor overheidsbedrijven was op het moment van onderzoek nog niet afgerond. Onder andere de VNG, VVG, IPO, Belastingdienst en het Ministerie van Financiën waren nog in overleg over belangrijke details in de uitvoering. Op dit moment (eind 2018) heeft de Belastingdienst zich nog slechts beperkt uitgelaten over de onduidelijkheden bij de inventarisatie van de Vpb-plicht van gemeenten in het algemeen en de gemeentelijke grondbedrijven in het bijzonder. Er bestaan derhalve nog een aantal risico's en onduidelijkheden, waarover wellicht in de komende periode meer duidelijkheid gaat bestaan.
Stand van zaken ultimo boekjaar 2018
Als gevolg van wijzigingen in het BBV zijn in het jaarrekeningtraject 2016 wijzigingen aangebracht. De gemeente Deventer is vervolgens aan de slag gegaan met deze wijzigingen en het mogelijke effect daarvan op de activiteiten van het grondbedrijf.
In de tussentijd is door de SVLO een Post QuickScan ontwikkeld om de beoordeling van de mogelijke winstgevendheid van een grondbedrijf op basis van de uitkomst van de QuickScan nauwkeuriger te beoordelen. In 2019 zal op basis van dit onderzoek een geactualiseerde memo voor de activiteiten het grondbedrijf worden opgesteld.
De Belastingdienst heeft ultimo 2018 de gemeente Deventer meegedeeld dat zij in 2019 wordt uitgenodigd voor het doen van aangifte vennootschapsbelasting voor de jaren 2016 en 2017.
(bedragen x €1.000) | |||
Jaarrekening 2017 | Begroting na wijziging 2018 | Jaarrekening 2018 | |
Gerealiseerde totaal van lasten en baten (exclusief puttingen en stortingen) | -1.410 | -9.616 | -2.133 |
Mutaties via reserves: | |||
- Saldo van stortingen en onttrekkingen in/uit reserves | 6.119 | 10.051 | 9.116 |
- Toevoeging rente aan reserves | -657 | -435 | -421 |
Gerealiseerd resultaat | 4.052 | 0 | 6.562 |
Overige resultaatbestemming: | |||
Reservering overlopende uitgaven en inkomsten | -2.911 | 0 | -3.832 |
Resultaat | 1.141 | 0 | 2.730 |
Meer informatie
Toelichting op resultaatverschillen begroting 2018 en jaarrekening 2018
Gerealiseerde totaal saldo van baten en lasten
Er is een verschil tussen het saldo van de begroting en rekening. Dit kunnen in de diverse programma’s zowel voordelige als nadelige verschillen zijn. Voor een toelichting wordt verwezen naar de toelichting op de programmabladen.
Mutaties via reserves
In de begroting 2018 werd ervan uitgegaan dat per saldo €10,1 miljoen uit de reserves zou worden onttrokken. In de jaarrekening 2018 is dit per saldo een onttrekking van €9,1 miljoen. De verschillen worden toegelicht in bijlage 6 van de jaarrekening.
Rente over reserves
Het rentebedrag dat aan de reserves is toegevoegd, is in vergelijking met de bijgestelde begroting 2018 nagenoeg ongewijzigd.
Over te hevelen budgetten
Een overzicht van de overgehevelde budgetten vindt u in bijlage 1 van het jaarverslag.
Analyse rekeninguitkomst 2018
In de 3e kwartaalrapportage 2018 was de nadelige uitkomst van de aanpassing van de begroting van €0,9 miljoen gedekt door een putting uit de generieke weerstandsreserve. Het resultaat van de jaarrekening 2018 bedraagt € 6,6 miljoen voordelig. Door het voordelige resultaat van €6,6 miljoen aan te passen met de over te hevelen budgetten van €3,8 miljoen ontstaat een voordelig nettoresultaat van €2,7 miljoen. Op hoofdlijnen is dit voordelig resultaat als volgt te verklaren.
(bedragen x €1.000) - = nadeel | |||
Omschrijving | Programma | Bedrag | Toelichting |
Havengelden | Leefomgeving | -100 | Doordat wij als gevolg van de lage waterstand de sluis tijdelijk moesten sluiten hebben wij circa €100.000 minder havengelden ontvangen. |
Reiniging | Leefomgeving | -170 | De kosten van gladheidsbestrijding zijn hoger uitgevallen |
Afval | Milieu | -60 | De werkelijke lasten zijn in 2018 €1,64 miljoen hoger dan begroot, voornamelijk omdat de kosten voor de verwerking van afval fors zijn toegenomen in 2018.Hier staan echter €1,58 miljoen hogere baten tegenover dan geraamd in de begroting, voornamelijk hogere opbrengsten van afvalstoffen met waarde. Uiteindelijk resteert een nadelig resultaat van €60.000 dat niet geput kan worden uit de reserve afval, omdat het saldo van deze reserve nihil is. |
Bouwleges | Ruimtelijke Ordening en volkshuisvesting | 85 | De opbrengsten bouwleges zijn door meer bouwactiviteiten hoger dan geraamd. |
Ruimtelijke initiatieven | Ruimtelijke Ordening en volkshuisvesting | -83 | Als gevolg van de groeiende economie zijn er veel meer initiatieven uit de samenleving binnengekomen dan werd voorzien. De begeleiding daarvan vroeg veel tijd, waarbij niet alle inzet op basis van overeenkomsten kon worden verhaald. Voorbeelden van grote projecten zijn hierbij Stadscampus, Topicus, de kop Handelskade, Rood voor Rood. |
Minimabeleid | Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | 138 | De verstrekkingen bijzondere bijstand zijn circa €108.000 lager dan begroot. De bijzondere bijstand verleend voor de kosten van beschermingsbewind is in de realisatie € 175.000 lager dan geraamd. Hier staat echter tegenover dat de apparaatslasten van het BAD voor het uitvoeren van beschermingsbewind € 70.000 hoger zijn dan begroot en er in 2018 een eenmalig BTW nadeel is van € 104.000 i.v.m. een suppletie aangifte over de jaren 2013 t/m 2017. Het beroep op de gemeentepolis van Salland Verzekeringen was in 2018 € 75.000 hoger dan geraamd. |
Samenkracht | Meedoen | 300 | In 2018 is in totaal €300.000 minder uitgegeven voor samenkracht. Met name is minder uitgegeven aan innovatie (€ 70.000), Eén meedoenbudget (€ 95.000), extramuralisering € 45.000 en buurtwerk € 45.000. |
Geescaleerde zorg 18 + | Meedoen | 300 | Naast de dekking vanuit rijksbijdrage voor de regionale taken wordt een aantal specifiek lokale taken binnen de maatschappelijke opvang gedekt ten laste van de algemene middelen. Op dit onderdeel wordt een voordeel gerealiseerd van € 300.000,-. |
Maatwerkvoorziening | Meedoen | 250 | In de 3e kwartaalrapportage was het nadeel op de hulpmiddelen Welzorg ingeschat op € 480.000. Zoals toegelicht in de raadsmededeling van 4 december is het verwachte nadeel bijgesteld naar € 300.000. Voor de jaarrekening geeft dit een voordelig effect van € 180.000. Daartegenover staan extra incidentele grote uitgaven van circa € 100.000 voor PGB hulpmiddelen en woningaanpassingen. |
Kind- en jeugdbeleid | Jeugd en onderwijs | 2.300 | Het hogere saldo is enerzijds te verklaren doordat achteraf het voorzichtige scenario te behoudend was. Anderzijds is het voordeel hoogst waarschijnlijk het effect van de ingezette transformatie waarin resultaatssturing, doen wat nodig is en samenwerking belangrijke uitgangspunten zijn. |
Route gebonden vervoer | Jeugd en Onderwijs | -170 | We verwachten op het routegebonden vervoer voorlopig een nadeel van €170.000. Het verwachte nadeel ten opzichte van de 3e kwartaalrapportage wordt veroorzaakt door de volumestijging en doordat de beoogde bezettingsgraad verbetering die vanaf september was voorzien niet kon worden gerealiseerd door de strakke planningskaders en aanvullende eisen zoals invoering van continuroosters bij scholen. PlusOV is nog in overleg met de vervoerders over de definitieve cijfers. |
Munumentenzorg | Cultuur en Economie | -100 | Het nadelig saldo wordt voornamelijk veroorzaakt door een nadeel van €100.000,- op Monumentenzorg, voornamelijk door meer werkzaamheden archeologie (€60.000,-) en tevens lagere opbrengsten archeologie dan begroot (€25.000,-). |
Kostenplaatsen en teams | Bedrijfsvoering | 175 | Diverse per saldo voordelige verschillen in teams en kostenplaatsen. |
Onvoorzien | Algemene dekkingsmiddelen | 84 | De raming onvoorzien is niet volledig besteed. |
Ozb | Algemene dekkingsmiddelen | 164 | Hogere opbrengst ozb |
Dubieuze debiteuren | Algemene dekkingsmiddelen | -139 | De voorziening dubieuze debiteuren moet worden verhoogd. |
Diversen | Diverse programma's | -250 | Diverse kleine verschillen |
Resultaatontwikkeling
De resultaatbestemming omvat alle stortingen in en puttingen uit de reserves, die ten laste komen respectievelijk ten gunste komen van de exploitaties. Ook is in dit programma de rente, die wordt toegevoegd aan de reserves opgenomen.
(bedragen x €1.000) | |||||
Omschrijving | Lasten/Baten | Primitieve begroting | Begroting na wijziging | Rekening | Verschil |
Toevoegingen rente aan reserves | 419 | 435 | 421 | 14 | |
Stortingen in reserves | Lasten | 5.366 | 36.327 | 53.587 | -17.260 |
Puttingen uit reserves | Baten | 9.234 | 46.378 | 62.703 | -16.325 |
Saldo | 3.449 | 9.616 | 8.695 | 921 |
Voor een specificatie van de stortingen in en puttingen uit diverse reserves wordt verwezen naar bijlage 6 Resultaatbestemming via reserves.
De rekeninggegevens bestaan uit de balans tussen bezittingen en schulden, de toelichting op de verschillende onderdelen hiervan en de rekening van baten en lasten. Dit is het resultaat.
Meer informatie
Overzicht Baten en Lasten
(bedragen x €1.000) | ||||||||||||
Primitieve begroting | Begroting na wijziging | Rekening | Verschil | |||||||||
Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | Lasten | Baten | Saldo | |
Programma | ||||||||||||
Burger en bestuur | 7.309 | 1.990 | -5.319 | 7.702 | 2.000 | -5.702 | 8.203 | 2.414 | -5.789 | 501 | 414 | -87 |
Openbare orde en veiligheid | 9.461 | 538 | -8.923 | 9.965 | 579 | -9.386 | 9.804 | 614 | -9.190 | -161 | 35 | 196 |
Leefomgeving | 32.555 | 14.156 | -18.399 | 35.635 | 14.157 | -21.478 | 34.128 | 14.824 | -19.304 | -1.507 | 667 | 2.174 |
Milieu en duurzaamheid | 14.203 | 12.428 | -1.775 | 16.908 | 13.000 | -3.908 | 17.571 | 13.845 | -3.726 | 663 | 845 | 182 |
Ruimtelijke ontwikkeling | 4.996 | 3.340 | -1.656 | 6.540 | 3.689 | -2.851 | 6.793 | 4.315 | -2.478 | 253 | 626 | 373 |
Herstructurering en vastgoed | 18.161 | 18.338 | 177 | 24.840 | 26.529 | 1.689 | 45.317 | 44.689 | -628 | 20.477 | 18.160 | -2.317 |
Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt | 72.470 | 40.162 | -32.308 | 73.686 | 39.866 | -33.820 | 73.602 | 40.624 | -32.978 | -84 | 758 | 842 |
Meedoen | 76.161 | 5.524 | -70.637 | 80.168 | 5.720 | -74.448 | 77.541 | 5.962 | -71.579 | -2.627 | 242 | 2.869 |
Jeugd en onderwijs | 35.842 | 3.095 | -32.747 | 39.082 | 4.070 | -35.012 | 36.488 | 3.655 | -32.833 | -2.594 | -415 | 2.179 |
Economie, kunst en cultuur | 16.770 | 1.994 | -14.776 | 19.683 | 6.045 | -13.638 | 19.471 | 3.903 | -15.568 | -212 | -2.142 | -1.930 |
Bedrijfsvoering - Overhead | 32.814 | 7.484 | -25.330 | 33.205 | 7.741 | -25.464 | 32.132 | 7.956 | -24.176 | -1.073 | 215 | 1.288 |
Bedrijfsvoering - Overig | 0 | 0 | 0 | 341 | 0 | -341 | 8 | 0 | -8 | -333 | 0 | 333 |
Subtotaal programma's | 320.742 | 109.049 | -211.693 | 347.755 | 123.396 | -224.359 | 361.058 | 142.801 | -218.257 | 13.303 | 19.405 | 6.102 |
Algemene dekkingsmiddelen | ||||||||||||
Algemene uitkeringen | 0 | 187.431 | 187.431 | 0 | 191.529 | 191.529 | 0 | 190.822 | 190.822 | 0 | -707 | -707 |
Lokale heffingen | -25 | 25.572 | 25.597 | -25 | 26.101 | 26.126 | -25 | 26.217 | 26.242 | 0 | 116 | 116 |
Calculatieverschillen | 2.886 | 2.679 | -207 | 4.872 | 2.891 | -1.981 | 5.079 | 3.223 | -1.856 | 207 | 332 | 125 |
Saldo financieringsfunctie | -1.048 | 0 | 1.048 | -1.012 | 0 | 1.012 | -1.106 | 1.106 | -94 | 0 | 94 | |
Dividend | 0 | 903 | 903 | 0 | 1.310 | 1.310 | 1.254 | 1.254 | 0 | -56 | -56 | |
Overige algemene dekkingsmiddelen | 984 | 526 | -458 | 813 | 526 | -287 | 1.036 | 553 | -483 | 223 | 27 | -196 |
Uitvoeringskosten lokale heffingen | 1.239 | 3 | -1.236 | 1.323 | 34 | -1.289 | 965 | 4 | -961 | -358 | -30 | 328 |
Stelposten | 2.277 | 0 | -2.277 | 834 | -759 | -1.593 | 0 | 0 | 0 | -834 | 759 | 1.593 |
Budgetruimte voor nieuw beleid | 2.339 | 0 | -2.339 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Vennootschapsbelasting | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Subtotaal Algemene dekkingsmiddelen | 8.652 | 217.114 | 208.462 | 6.805 | 221.632 | 214.827 | 5.949 | 222.073 | 216.124 | -856 | 441 | 1.297 |
Onvoorzien | 221 | 0 | -221 | 84 | 0 | -84 | 0 | 0 | 0 | -84 | 0 | 84 |
Resultaat voor resultaatbestemming | 329.615 | 326.163 | -3.452 | 354.644 | 345.028 | -9.616 | 367.007 | 364.874 | -2.133 | 12.363 | 19.846 | 7.483 |
Mutaties reserves | ||||||||||||
Burger en bestuur | 0 | 70 | 70 | 0 | 114 | 114 | 0 | 114 | 114 | 0 | 0 | 0 |
Openbare orde en veiligheid | 6 | 30 | 24 | 12 | 428 | 416 | 12 | 242 | 230 | 0 | -186 | -186 |
Leefomgeving | 141 | 472 | 331 | 2.166 | 4.164 | 1.998 | 2.145 | 3.692 | 1.547 | -20 | -472 | -452 |
Milieu en Duurzaamheid | 0 | 780 | 780 | 0 | 2.608 | 2.608 | 0 | 2.388 | 2.388 | 0 | -220 | -220 |
Ruimtelijke ontwikkeling | 0 | 45 | 45 | 140 | 417 | 277 | 140 | 247 | 107 | 0 | -170 | -170 |
Herstructurering en vastgoed | 660 | 1.462 | 802 | 5.262 | 4.580 | -682 | 22.199 | 23.840 | 1.641 | 16.937 | 19.260 | 2.323 |
Inkomensvoorziening en arbeidsmartkt | 0 | 340 | 340 | 19 | 735 | 716 | 291 | 328 | 37 | 272 | -407 | -679 |
Meedoen | 439 | 903 | 464 | 1.353 | 3.694 | 2.341 | 3.079 | 3.275 | 196 | 1.726 | -419 | -2.145 |
Jeugd en onderwijs | 0 | 1.636 | 1.636 | 9 | 1.668 | 1.659 | 10 | 1.690 | 1.680 | 1 | 22 | 21 |
Economie, kunst en cultuur | 43 | 495 | 452 | 3.390 | 1.853 | -1.537 | 1.110 | 1.548 | 438 | -2.280 | -305 | 1.975 |
Bedrijfsvoering | 540 | 637 | 97 | 732 | 2.925 | 2.193 | 788 | 2.026 | 1.238 | 56 | -899 | -955 |
Algemene dekkingsmiddelen | 3.955 | 2.366 | -1.589 | 23.679 | 23.192 | -487 | 24.234 | 23.313 | -921 | 555 | 121 | -434 |
Subtotaal Mutaties reserves | 5.784 | 9.236 | 3.452 | 36.762 | 46.378 | 9.616 | 54.008 | 62.703 | 8.695 | 17.247 | 16.325 | -922 |
Resultaat na resultaatbestemming | 335.399 | 335.399 | 0 | 391.406 | 391.406 | 0 | 421.015 | 427.577 | 6.562 | 29.610 | 36.171 | 6.561 |
Toelichting op de programmarekening
Hieronder volgt een korte toelichting op hoofdlijnen van de verschillen in saldi van de uitkomsten tussen de begroting 2018 na wijziging en de realisatie 2018.
Dit betreft verschillen exclusief de puttingen en stortingen uit/in reserves. Een gedetailleerde toelichting treft u aan in de programmatoelichting in het jaarverslag.
Programma Burger en bestuur
Het nadeel is voor het grootste deel te verklaren door een overschrijding van het budget van ICT kosten voor het softwarepakket bij Publiekscontact (Burgerzakenmodule). De opbrengsten hiervan zitten op het programma bedrijfsvoering.
Programma Openbare orde en veiligheid
Het voordelig exploitatieresultaat wordt met name veroorzaakt doordat de nacalculatie vanuit de veiligheidsregio nog niet is ontvangen. Hier staat uiteindelijk een lagere putting uit de reserve tegenover.
Programma Leefomgeving
Het programma heeft een nadelige uitkomst. Dat wordt veroorzaakt door minder inkomsten uit havengelden. Vanwege de lage waterstand moesten wij de sluis tijdelijk sluiten. Voor gladheidsbestrijding hebben wij meer uitgegeven.
Programma Milieu en duurzaamheid
Door de stijging van de lasten voor afvalverwerking die niet volledig kan worden gedekt uit de baten kent het onderdeel afval een nadeel. Per saldo is er een voordelig resultaat op het programma, omdat zowel de bodem- als geluidsaneringen achter blijven bij de begroting.
Programma Ruimtelijke ordening
Het programma heeft een voordelige uitkomsten. Als gevolg van meer initiatieven uit de samenleving (Stadscampus, Kop Handelskade, Rood-voor-Rood) en de verbreding A1 hebben wij meer kosten moeten maken. Daarnaast zijn er voordelige inkomsten uit bouwleges.
Programma Herstructurering en vastgoed
Voor de drie herstructureringsprojecten Rivierenwijk, Voorstad en Keizerslanden en overige kwetsbare buurten is per saldo minder geput uit de reserve. Dit wordt met name veroorzaakt doordat in de Rivierenwijk minder is uitgegeven voor openbare ruimte en leefbaarheidsprojecten. Dit schuift door naar 2019. Voor het onroerend goed buiten exploitatie is er een nadeel op met name de exploitatie van panden, niet verkochte gronden Deventer Noordoost en beheer en verkoop van strategische locaties. Hierdoor is meer geput uit de reserve onroerende zaken dan begroot. Binnen de grondexploitaties waren er verschillen in de lasten en baten, die verrekend worden met de balans. Zie voor een uitgebreidere toelichting de paragraaf grondbeleid.
Programma Inkomensvoorziening en arbeidsmarkt
Het voordelig exploitatieresultaat betreft voor een groot deel het onderdeel inkomen door de toename in het definitief BUIG budget ten opzichte van het voorlopig BUIG budget. Dit wordt toegevoegd aan de reserve weerstandsvermogen. Daarnaast is er een voordeel op het minimabeleid, voornamelijk doordat de decentralisatie uitkering Armoede en Schulden vanuit de meicirculaire nog niet volledig is ingezet in 2018.
Programma Meedoen
Het voordeel in het programma betreft voornamelijk lagere lasten beschermd wonen. Dit voordeel wordt gestort in de reserve Beschermd wonen. Daarnaast nog voordelen op Samenkracht, hulpmiddelen en maatschappelijke opvang (lokaal).
Programma Jeugd en onderwijs
Het voordeel in het programma betreft voornamelijk Jeugdhulp. De bijdrage uit de algemene middelen bleek achteraf niet nodig.
Programma Economie, kunst en cultuur
Het programma kent per saldo een negatief exploitatieresultaat. Met name vanwege het niet realiseren van de verkoop van de bibliotheek in 2018. Hier staat uiteindelijk echter ook een lagere storting in de reserve tegenover, waardoor het resultaatneutraal is voor de jaarrekening.
Programma Bedrijfsvoering
Het voordeel is voor het grootste gedeelte te verklaren door lagere niet gebouw gebonden kosten, personele kosten I-werkorganisatie, facilitaire kosten en kosten opleidingen. Het voordeel op gebouw gebonden kosten en opleidingen wordt overgeheveld naar 2019.
Programma Algemene dekkingsmiddelen
Het voordeel in het programma betreft met betrekking tot de lasten het niet volledig aan wenden van stelposten en onvoorzien. Aan de batenkant is er een voordeel in de Algemene uitkering.
Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen
Op 1 januari 2013 is de Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) in werking getreden. In deze nieuwe wet zijn regels vastgelegd over de maximale bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen in de (semi)publieke sector. Jaarlijks wordt de WNT-norm vastgesteld in een ministeriële regeling.
Rapportage WNT
De WNT is van toepassing op de gemeente Deventer. Artikel 4.1 – WNT en het gewijzigde artikel 28 – BBV verplicht te rapporteren over de bezoldiging van bestuurders en topfunctionarissen. Voor de gemeenten is de functie van gemeentesecretaris en van griffier aangewezen als topfunctionaris in de zin van de WNT. Dit betreffen de volgende gegevens;
- de naam (het publiceren van de naam geldt enkel voor de topfunctionarissen)
- de beloning
- de belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding;
- de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
- de functie of functies;
- de duur en omvang van het dienstverband in het verslagjaar; en
- een motivering voor de overschrijding van de maximale bezoldigingsnorm (indien van toepassing).
Daarnaast wordt transparantie gevraagd over bezoldiging van overige functionarissen met een dienstbetrekking waarvan de bezoldiging het wettelijk maximum overschrijdt (artikel 4.2 – WNT). De maximum bezoldigingsnorm voor 2018 bedraagt €189.000. Het publiceren van de gegevens van niet-topfunctionarissen gebeurd alleen op functie (niet op naam). In de toelichting op de balans moeten de volgende gegevens worden opgenomen;
- de beloning
- de belastbare vaste en variabele onkostenvergoeding;
- de voorzieningen ten behoeve van beloningen betaalbaar op termijn;
- de functie of functies;
- de duur en omvang van het dienstverband in het verslagjaar; en
- een motivering voor de overschrijding van de maximale bezoldigingsnorm.
Ontslagvergoeding
Topfunctionaris
Conform artikel 4.1, lid 3 – WNT wordt in de jaarrekening de verrichte uitkering opgenomen aan de top functionaris waarvan het dienstverband in het boekjaar is beëindigd. Wanneer de uitkering meer bedraagt dan de wettelijke maximale bezoldiging van €75.000 wordt de overschrijding in het jaarverslag gemotiveerd (artikel 4.2, lid 4 – WNT).
Niet-topfunctionaris
De norm voor de uitkering van wegens beëindiging van het dienstverband geldt niet voor niet-topfunctionarissen. Voor niet-topfunctionarissen geldt wel dat wanneer een hogere uitkering dan het bezoldigingsmaximum (oftewel wanneer de som van de bezoldiging en de beëindigingsuitkering boven de €189.000 uitkomt) dit moet worden vastgelegd in het jaarverslag en elektronisch bij het ministerie moet worden gemeld.
Uitvoering WNT
De Gemeente Deventer heeft in 2018 geen (onderbouwing aanleveren) bezoldiging verstrekt aan functionarissen met een dienstbetrekking die hoger is dan de maximale norm (€189.000).
In 2018 was er in de gemeente Deventer (conform de WNT) geen sprake van een topfunctionaris zonder dienstbetrekking. De gemeente Deventer heeft 3 topfunctionarissen in dienst, te weten de heer Kossen (Algemeen directeur en gemeentesecretaris) en de heer Peet (griffier) tot 16 maart 2018 en mevrouw R. Weernekers (a.i. van 16 maart 2018 tot 1 februari 2019).
(bedragen x €1)
M.A. Kossen | S.J. Peet | R. Weernekers | |
Functiegegevens | Gemeentesecretaris | Griffier | Griffier a.i. |
Aanvang en einde functievervulling in 2018 | 01-01-2018 t/m 31-12-2018 | Einde 16-03-2018 | Aanvang 16-03-2018 |
Deeltijdfactor in fte | 1,0 | 1,0 | 1,0 |
Gewezen topfunctionaris? | nee | nee | nee |
(Fictieve) dienstbetrekking? | ja | ja | ja |
Bezoldiging | |||
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | €127.977,00 | €29.079,69 | €79.382,63 |
Beloningen betaalbaar op termijn (Pensioen premie WG deel) | €18.318,84 | €3.628,95 | €11.774,89 |
Subtotaal | €146.295,84 | €32.708,64 | €91.157,52 |
Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum | €189.000,00 | €38.835,62 | €150.682,19 |
-/- Onverschuldigd betaald bedrag | N.v.t. | N.v.t. | N.v.t. |
Totale bezoldiging 2018 | €146.295,84 | €32.708,64 | €91.157,52 |
Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan | N.v.t. | N.v.t. | N.v.t. |
Gegevens 2017 | |||
Aanvang en einde functievervulling in 2017 | 01-01-2017 t/m 31-12-2017 | 01-01-2017 t/m 31-12-2017 | |
Deeltijdfactor 2017 in fte | 1,0 | 1,0 | |
Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen | €128.294,54 | €107.228,98 | |
Beloningen betaalbaar op termijn (Pensioenpremie WG en WN deel) | €17.454,24 | €16.528,80 | |
Totale bezoldiging 2017 | €145.748,78 | €123.757,78 |
Er waren geen ontslagvergoedingen boven de €75.000 aan (top)functionarissen conform de WNT-norm. In 2017 had de Burgemeester van Deventer het hoogst belastbaar jaarloon. Zijn inkomen is vastgesteld conform de wettelijk bepalingen die zijn gesteld door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
(bedragen x €1.000) | |||||
Activa | 31-12-2018 | 31-12-2017 | Passiva | 31-12-2018 | 31-12-2017 |
Vaste activa | Vaste passiva | ||||
Immateriele vaste activa | Eigen vermogen | ||||
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio | 120 | 129 | Algemene reserve | 17.367 | 10.059 |
Kosten van onderzoek en ontwikkeling | 875 | 320 | Bestemmingsreserves | 50.141 | 62.092 |
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 2.857 | 3.021 | Gerealiseerde resultaat | 6.561 | 4.053 |
Sub-totaal | 3.852 | 3.470 | Sub-totaal | 74.069 | 76.204 |
Materiële vaste activa | Voorzieningen | ||||
Investeringen met economisch nut | 177.713 | 182.105 | Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's | 7.726 | 7.285 |
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven | 32.913 | 33.014 | Voorzieningen voor middelen van derden waarvan de bestemming gebonden is | 1.764 | 2.033 |
Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut | 25.341 | 25.310 | |||
Gronden uitgegeven in erfpacht | 11.916 | 6.393 | |||
Sub-totaal | 247.883 | 246.822 | Sub-totaal | 9.490 | 9.318 |
Financiële vaste activa | Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer | ||||
Kapitaal verstrekkingen aan: | Onderhandse leningen van: | ||||
- Deelnemingen | 20.559 | 18.726 | - Binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 305.948 | 249.920 |
Leningen aan: | - Binnenlandse bedrijven | 5.327 | 5.465 | ||
- Deelnemingen | 32.496 | 25.723 | - Buitenlandse instellingen, fondsen, banken, bedrijven en overige sectoren | 20.000 | 20.000 |
Overige langlopende leningen u/g | 5.953 | 5.883 | Door derden belegde gelden | 0 | 612 |
Waarborgsommen | 62 | 66 | |||
Sub-totaal | 59.008 | 50.332 | Sub-totaal | 331.337 | 276.063 |
Totaal vaste activa | 310.743 | 300.624 | Totaal vaste passiva | 414.896 | 361.585 |
Vlottende activa | Vlottende passiva | ||||
Voorraden | Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | ||||
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie | 49.174 | 57.452 | Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen | 0 | 0 |
Gereed product en handelsgoederen | 8.356 | 10.953 | Overige kasgeldleningen | 0 | 25.000 |
Banksaldi | 10.135 | 16.111 | |||
Overige schulden | 14.795 | 16.222 | |||
Sub-totaal | 57.530 | 68.405 | Sub-totaal | 24.930 | 57.333 |
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar | Overlopende passiva | ||||
Vorderingen op openbare lichamen | 2.709 | 2.579 | Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume | 18.774 | 14.154 |
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar | 23.732 | 0 | De van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren uitgesplitst naar de ontvangen bedragen van: | ||
Overige vorderingen | 10.924 | 10.436 | - Europese overheidslichamen | 0 | 0 |
- Het Rijk | 1.409 | 1.670 | |||
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 673 | 371 | |||
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van het volgende begrotingsjaar komen | 1.941 | 1.954 | |||
Sub-totaal | 37.365 | 13.015 | Sub-totaal | 22.797 | 18.149 |
Liquide middelen | |||||
Kassaldi | 9 | ||||
Banksaldi | 5.876 | 5.946 | |||
Sub-totaal | 5.885 | 5.946 | |||
Overlopende activa | |||||
De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel uitgesplitst naar de nog te ontvangen bedragen van: | |||||
- Europese overheidslichamen | 6 | 10 | |||
- Het Rijk | 1.365 | 2.394 | |||
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 3.770 | 2.718 | |||
Overige nog te ontvangen bedragen | 43.296 | 41.135 | |||
Vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van volgende begrotingsjaren | 2.663 | 2.820 | |||
Sub-totaal | 51.100 | 49.077 | |||
Totaal vlottende activa | 151.880 | 136.443 | Totaal vlottende passiva | 47.727 | 75.482 |
Totaal generaal | 462.623 | 437.067 | Totaal generaal | 462.623 | 437.067 |
Gewaarborgde geldleningen | 16.197 | 20.172 | |||
Garantstellingen | 1.046.471 | 1.101.353 |
In deze toelichting worden de activa en passiva op onderdelen nader toegelicht.
Meer informatie
Vaste activa - Immateriële vaste activa
De post immateriële vaste activa wordt onderscheiden in:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde 31-12-2018 | Boekwaarde 31-12-2017 | |
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio | 120 | 129 |
Kosten onderzoek en ontwikkeling voor een bepaald actief | 875 | 320 |
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 2.857 | 3.021 |
Totaal | 3.852 | 3.470 |
Het onderstaande overzicht geeft het verloop weer van de immateriële vaste activa gedurende het jaar 2018:
(bedragen x €1.000) | ||||||||
Boekwaarde | Investeringen | Des-investeringen | Herrubricering | Afschrijvingen | Bijdragen van derden | Afwaarderin | Boekwaarde | |
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio | 129 | 0 | 0 | 0 | 9 | 0 | 0 | 120 |
Kosten van onderzoek en ontwikkeling | 320 | 557 | 0 | 0 | 2 | 0 | 0 | 875 |
Bijdragen aan activa in eigendom van derden | 3.021 | 0 | 0 | 0 | 164 | 0 | 0 | 2.857 |
Totaal | 3.470 | 557 | 0 | 0 | 175 | 0 | 0 | 3.852 |
De belangrijkste investeringen staan in het hierna opgenomen overzicht vermeld. Per investering staat het ter beschikking gestelde krediet aangegeven, het in 2018 daadwerkelijk bestede bedrag en het totaalbedrag dat tot en met 2018 ten laste van het krediet is gebracht.
Tuinen van Zandweerd is een voormalig NIEGG complex dat bij de begroting 2017 conform BBV regelgeving gesplitst is in materiële en immateriële activa. De gemaakte kosten worden medio 2019 in een vast te stellen grondexploitatie gebracht, waarvoor de Raad begin 2019 het ruimtelijke en financiële kader heeft vastgesteld.
(bedragen x €1.000) | |||
Beschikbaar gesteld krediet | Werkelijk besteed in 2018 | Cumulatief besteed t/m 2018 | |
Tuinen van Zandweerd | 0 | 431 | 695 |
Shita terrein en speeltuinlocatie | 106 | 125 | 125 |
Totaal | 106 | 556 | 820 |
Vaste activa - Materiële vaste activa
De materiële vaste activa bestaan uit de onderstaande onderdelen. De lopende investeringen staan opgenomen in bijlage 12 Dynamische kredieten.
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde 31-12-2018 | Boekwaarde 31-12-2017 | |
Investeringen met een economisch nut | 177.713 | 182.105 |
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van kosten een heffing kan worden geheven | 32.913 | 33.014 |
Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut | 25.341 | 25.310 |
In erfpacht uitgegeven gronden | 11.916 | 6.393 |
Totaal | 247.883 | 246.822 |
De investeringen met een economisch nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde 31-12-2018 | Boekwaarde 31-12-2017 | |
Gronden en terreinen | 13.595 | 13.543 |
Woonruimten | 1.091 | 1.316 |
Bedrijfsgebouwen | 124.157 | 126.948 |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 4.305 | 4.373 |
Vervoermiddelen | 6 | 7 |
Machines, apparaten en installaties | 20.069 | 21.735 |
Overige materiële vaste activa | 14.490 | 14.183 |
Totaal | 177.713 | 182.105 |
Het onderstaande overzicht geeft het verloop van de boekwaarde van de investeringen met een economisch nut weer:
(bedragen x €1.000) | ||||||||||||
Boek | Stand voorziening 31-12-2017 | Boek | Investe | Des | Her | Afschrij | Bijdragen van derden | Afwaar | Boek | Stand voorziening 31-12-2018 | Boek | |
Gronden en terreinen | 14.801 | 1.258 | 13.543 | 275 | 25 | 0 | 227 | 0 | 0 | 14.824 | 1.229 | 13.595 |
Woonruimten | 1.316 | 0 | 1.316 | 163 | 0 | -338 | 50 | 0 | 0 | 1.091 | 0 | 1.091 |
Bedrijfsgebouwen | 127.074 | 126 | 126.948 | 1.555 | 266 | -584 | 3.543 | 22 | 0 | 124.214 | 57 | 124.157 |
Grond-,weg- en waterbouwkundige werken | 4.373 | 0 | 4.373 | 116 | 0 | 0 | 184 | 0 | 0 | 4.305 | 0 | 4.305 |
Vervoermiddelen | 7 | 0 | 7 | 0 | 0 | 0 | 1 | 0 | 0 | 6 | 0 | 6 |
Machines, apparaten en installaties | 21.735 | 0 | 21.735 | 1.101 | 0 | 0 | 2.729 | 38 | 0 | 20.069 | 0 | 20.069 |
Overige materiële vaste activa | 14.183 | 0 | 14.183 | 1.889 | 0 | 0 | 1.582 | 0 | 0 | 14.490 | 0 | 14.490 |
Totaal | 183.489 | 1.384 | 182.105 | 5.099 | 291 | - 922 | 8.316 | 60 | 0 | 178.999 | 1.286 | 177.713 |
Een specificatie van de investeringen in 2018 treft u hieronder aan:
(bedragen x €1.000) | |||
Beschikbaar gesteld krediet | Werkelijk besteed in 2018 | Cumulatief besteed t/m 2018 | |
Parkeren op de Worp | 450 | 275 | 275 |
Renovatie Noorderbergpoort garage | 2.444 | 1.489 | 2.103 |
Reconstructie Brinkgarage | 280 | 115 | 221 |
Huisvesting fietsenstalling Centrumgarage | 50 | 50 | 50 |
Digitalisering parkeren | 500 | 42 | 42 |
Renovatie kunstgrasveld Devinco | 100 | 69 | 69 |
Nieuwbouw Etty Hillesum | 10.500 | 15 | 15 |
Inrichting Nicolaasschool Schalkhaar | 30 | 30 | 30 |
Woonwagen C Tendelostraat | 153 | 163 | 163 |
Filmtheater Viking locatie gebouw | 2.875 | 2 | 2.451 |
Electriciteitsvoorziening markten | 110 | 24 | 24 |
Stadhuis zonwering, akoustiek en optimalisatie | 511 | 87 | 238 |
ICT Office 365/windows 10 | 774 | 353 | 469 |
ICT Beeldschermen en laptops | 252 | 49 | 49 |
ICT Smartphones | 638 | 676 | 676 |
ICT Hardware / servers | 1.450 | 1.344 | 1.344 |
ICT Upgrades uren roadmap | 312 | 116 | 116 |
ICT Harmonisatie | 655 | 114 | 475 |
ICT Omgevingsdienst IJsselland | 640 | 86 | 630 |
Totaal | 22.724 | 5.099 | 9.440 |
- De desinvesteringen betreffen de verkoop van Meesterpad 3 (€265.000) en grond Tielstraat (€25.000);
- De herrubriceringen betreffen panden die van materiële vaste activa naar voorraad gaan, te weten van Heetenstraat, Dorrestraat, Koningin Wilhelminalaan, de gymzaal Koningin Julianastraat en schoolgebouw Beatrixstraat;
- Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen die direct gerelateerd zijn aan de investering. Bijdragen derden zijn ontvangen voor de renovatie Noorderbergpoort (€22.000) en eigen bijdragen voor smartphones (€38.000).
Van de strategische gronden die in de jaarrekening 2015 (of 2016) zijn overgezet van de niet in exploitatie genomen gronden naar de materiële vaste activa, staat alleen het Sportpark Zandweerd nog onder MVA op de balans. Dit sportpark wordt in 2019 in exploitatie genomen (Tuinen van Zandweerd).
De investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven kunnen als volgt worden onderverdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde 31-12-2018 | Boekwaarde 31-12-2017 | |
Gronden en terreinen | - | - |
Woonruimten | - | - |
Bedrijfsgebouwen | - | - |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 31.889 | 31.965 |
Vervoermiddelen | - | - |
Machines, apparaten en installaties | 871 | 891 |
Overige materiële vaste activa | 153 | 158 |
Totaal | 32.913 | 33.014 |
Het onderstaand overzicht geeft weer het verloop van de boekwaarde van de investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven:
(bedragen x €1.000) | |||||||
Boekwaarde 31-12-2017 | Investeringen | Des | Af | Bijdragen van derden | Af | Boekwaarde 31-12-2018 | |
Gronden en terreinen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Woonruimten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Bedrijfsgebouwen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Grond-,weg- en waterbouwkundige werken | 31.965 | 986 | 0 | 1.045 | 17 | 0 | 31.889 |
Vervoermiddelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Machines, apparaten en installaties | 891 | 0 | 0 | 20 | 0 | 0 | 871 |
Overige materiële vaste activa | 158 | 0 | 0 | 5 | 0 | 0 | 153 |
Totaal | 33.014 | 986 | 0 | 1.070 | 17 | 0 | 32.913 |
- De investeringen betreffen gerealiseerde kosten voor het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP €448.000) en vervanging van de riolering Jan Steenstraat (€538.000).
- Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen die direct gerelateerd zijn aan de investering; Bijdragen derden zijn met name ontvangen voor het Gemeentelijk Rioleringsplan (€15.000).
De investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut kunnen als volgt worden onderverdeeld:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde 31-12-2018 | Boekwaarde 31-12-2017 | |
Gronden en terreinen | 30 | 30 |
Woonruimten | - | - |
Bedrijfsgebouwen | - | - |
Grond-, weg- en waterbouwkundige werken | 24.671 | 24.934 |
Vervoermiddelen | - | - |
Machines, apparaten en installaties | 39 | 13 |
Overige materiële vaste activa | 601 | 333 |
Totaal | 25.341 | 25.310 |
Maatschappelijk investeringen mochten tot 2017 worden afgeschreven. Op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) moeten met ingang van 2017 de investeringen maatschappelijk nut worden afgeschreven. In onderstaand overzicht wordt daarom deze splitsing in de jaren gemaakt.
De boekwaarde van de investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut heeft het volgende verloop:
(bedragen x €1.000) | |||||||
Boekwaarde 31-12-2017 | Investeringen | Des | Af | Bijdragen van derden | Af | Boekwaarde 31-12-2018 | |
Maatschappelijk nut voor 2017 | |||||||
Gronden en terreinen | 30 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 30 |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 19.685 | 0 | 0 | 1.516 | 0 | 0 | 18.169 |
Machines, apparaten en installaties | 13 | 0 | 0 | 12 | 0 | 0 | 1 |
Overige materiële vaste activa | 199 | 0 | 0 | 15 | 0 | 0 | 184 |
Totaal | 19.927 | 0 | 0 | 1.543 | 0 | 0 | 18.384 |
Maatschappelijk nut vanaf 2017 | |||||||
Gronden en terreinen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Grond- weg- en waterbouwkundige werken | 5.249 | 4.887 | 704 | 160 | 2.770 | 0 | 6.502 |
Machines, apparaten en installaties | 0 | 273 | 0 | 0 | 235 | 0 | 38 |
Overige materiële vaste activa | 134 | 404 | 0 | 0 | 121 | 0 | 417 |
Totaal | 5.383 | 5.564 | 704 | 160 | 3.126 | 0 | 6.957 |
Totaal | 25.310 | 5.564 | 704 | 1.703 | 3.126 | 0 | 25.341 |
- De investeringen betreffen Hanzeweg (€156.000), MJOP Wezenland/Keizer Karellaan (€157.000), Stationsomgeving Groene Wal (€2.172.000), Oosterwechelseweg (€597.000), Tunnel Oostriklaan (€189.000), Ceintuurbaan-Zamenhofplein (€762.000), Brinkgreverweg (€115.000), Beter Benutten C-ITS verkeersinfrastructuur (€235.000) en Fietsparkeren Binnenstad (€405.000), Plankosten De Venen en het Bouw-en woningrijp maken Rivierenwijk (€704.000), Herinrichting Grote Kerkhof (€36.000), Verlichting Centrum Bathmen (€38.000)
- De desinvestering betreft de doorberekening van gemaakte plankosten De Venen en het bouw-en woningrijp maken Rivierenwijk (€704.000).
- Onder bijdragen van derden zijn de bijdragen van derden opgenomen die direct gerelateerd zijn aan de investering.
Onder de bijdragen derden zijn subsidie-inkomsten opgenomen voor Hanzeweg (€33.000), MJOP Wezenland/Keizer Karellaan (€54.000), Stationsomgeving Groene Wal (€2.114.000), Oosterwechelseweg (€240.000), Tunnel Oostriklaan (€189.000), Ceintuurbaan-Zamenhofplein (€100.000), Brinkgreverweg (€40.000), Beter Benutten C-ITS verkeersinfrastructuur (€235.000) en fietsparkeren Binnenstad (€121.000).
Het onderstaand overzicht geeft het verloop weer van de in erfpacht uitgegeven gronden:
(bedragen x €1.000) | |||||||
Boekwaarde | Investeringen | Des | Af | Bijdragen van derden | Af | Boekwaarde 31-12-2018 | |
Gronden uitgegeven in erfpacht | 6.393 | 5.538 | 15 | 0 | 0 | 0 | 11.916 |
Totaal | 6.393 | 5.538 | 15 | 0 | 0 | 0 | 11.916 |
- Investeringen betreffen DOIC-gronden (€4.507.000) en Westfalenstraat (€1.032.000).
- De desinvestering betreft Groningenstraat (€15.000).
Vaste activa - Financiële vaste activa
De financiële vaste activa bestaan uit de volgende onderdelen:
(bedragen x €1.000) | |||||
Boekwaarde | Investeringen | Des | Afschrijvingen | Boekwaarde | |
Kapitaalverstrekkingen aan: | |||||
Deelnemingen | 18.726 | 1.841 | 7 | 1 | 20.559 |
Leningen aan: | |||||
Deelnemingen | 25.723 | 7.915 | 0 | 1.142 | 32.496 |
Overige langlopende leningen u/g | 5.883 | 717 | 0 | 647 | 5.953 |
Overige uitzettingen > 1 jaar | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 50.332 | 10.473 | 7 | 1.790 | 59.008 |
In 2018 is als investering opgenomen aandelenkapitaal Viking (€1.841.000), een lening voor de nieuwbouw bibliotheek (€7.915.000) en een geldlening GA-Eagles (€718.000).
Vlottende activa - Voorraden
De in de balans opgenomen voorraden worden uitgesplitst naar de volgende categorieën:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde 31-12-2018 | Boekwaarde 31-12-2017 | |
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie | 86.789 | 80.599 |
Gereed product en handelsgoederen | 8.356 | 10.953 |
Totaal | 95.145 | 91.552 |
Afgedekt door voorzieningen verwacht verlies: | ||
Onderhanden werk; gronden in exploitatie | 37.615 | 23.147 |
Gereed product en handelsgoederen | 0 | 0 |
Totaal verliesvoorzieningen | 37.615 | 23.147 |
Totaal | 57.530 | 68.405 |
Vlottende activa - In exploitatie genomen bouwgronden
Van de in exploitatie genomen bouwgronden wordt van het verloop in 2018 het volgende overzicht gegeven:
(bedragen x €1.000) | ||||||||||||||||
Boekwaarde | Stand voorz. | Balanswaarde | Vermeerderingen | Verminderingen | Winstuitname | Herrubricering | Boekwaarde | Rente op voorzieningen | Mutaties voorzieningen | Stand voorz. | Balanswaarde | Geraamde nog te realiseren kosten | Geraamde nog te realiseren opbrengsten | Geraamd eindresul | Geraamd eindresultaat Contante waarde | |
Bergweide vuilstort Westfalenstr. | 2.972 | 389 | 2.583 | 3.233 | 1.448 | - | 4.757 | 7 | 569 | 965 | 3.792 | 4.136 | 7.848 | 1.045 | 965 | |
Bergweide deel- | 388 | 0 | 388 | 65 | 0 | - | 453 | 0 | 0 | 0 | 453 | 704 | 1.055 | 102 | 96 | |
Havenkwartier Mr HF de Boerlaan | 6.041 | 6.146 | -105 | 309 | 41 | - | 6.310 | 121 | 79 | 6.346 | -36 | 1.444 | 1.228 | 6.526 | 6.029 | |
Havenkwartier zelf en samenbouw | 105 | 0 | 105 | 57 | 159 | - | 3 | 0 | 0 | 0 | 3 | 12 | 0 | 15 | 14 | |
Havenkwartier doorontw. broedplaats | 97 | 0 | 97 | 51 | 2 | - | 146 | 0 | 0 | 0 | 146 | 28 | 150 | 24 | 23 | |
HK Silogebied | 720 | 0 | 720 | 182 | 0 | - | 902 | 0 | 0 | 0 | 902 | 812 | 1.662 | 52 | 49 | |
HK Stoer wonen | 638 | 0 | 638 | 74 | 1.043 | - | -331 | 0 | 0 | 0 | -331 | 143 | 0 | -188 | -180 | |
Hanzeweg | 260 | 0 | 260 | 841 | 231 | - | 870 | 0 | 0 | 0 | 870 | 1.811 | 2.200 | 481 | 419 | |
Bedrijvenpark A1 | 25.834 | 4.116 | 21.718 | 4.360 | 9.981 | 12.317 | 32.530 | 55 | 14.083 | 18.254 | 14.276 | 22.458 | 31.838 | 23.150 | 18.254 | |
Bedrijventerrein Lettele | 810 | 577 | 233 | 31 | 0 | - | 841 | 11 | 13 | 601 | 240 | 207 | 410 | 638 | 601 | |
Randgebieden AS Rondom de Scheg | 2.808 | 264 | 2.544 | 1.312 | 1.095 | - | 3.026 | 5 | 317 | 586 | 2.440 | 1.288 | 3.667 | 647 | 586 | |
Bedrijven Bathmen | 381 | 0 | 381 | 20 | 0 | - | 401 | 0 | 0 | 0 | 401 | 444 | 876 | -31 | -28 | |
Terrein Zutphenseweg | 278 | 387 | -109 | 117 | 4 | - | 391 | 8 | -128 | 267 | 124 | 1.196 | 1.402 | 185 | 171 | |
Sluiskwartier | 5.487 | 2.057 | 3.430 | 611 | 245 | - | 5.853 | 40 | 173 | 2.270 | 3.583 | 2.665 | 6.061 | 2.457 | 2.270 | |
WC Keizerslanden | 3.964 | 3.573 | 391 | 521 | 0 | - | 4.485 | 71 | 214 | 3.858 | 627 | 438 | 909 | 4.014 | 3.858 | |
Eikendal fase 1 | 14.519 | 0 | 14.519 | 1.035 | 4.274 | - | 11.280 | 0 | 0 | 0 | 11.280 | 5.140 | 17.587 | -1.167 | -920 | |
Centrumplan Bathmen | 542 | 458 | 84 | 139 | 1 | - | 680 | 9 | 51 | 518 | 162 | 175 | 316 | 539 | 518 | |
De Wijtenhorst | 6.293 | 2.928 | 3.365 | 655 | 1.977 | - | 4.971 | 58 | -145 | 2.841 | 2.130 | 929 | 2.945 | 2.955 | 2.840 | |
De Vijfde Hoek | -736 | 0 | -736 | 1.857 | 2.413 | 737 | 24 | -531 | 0 | 0 | 0 | -531 | 1.318 | 1.334 | -547 | -515 |
Steenbrugge | 9.198 | 2.252 | 6.946 | 611 | 57 | - | 9.753 | 41 | -1.184 | 1.109 | 8.644 | 4.329 | 12.757 | 1.325 | 1.108 | |
Totaal | 80.599 | 23.147 | 57.452 | 16.082 | 22.970 | 737 | 12.341 | 86.789 | 426 | 14.042 | 37.615 | 49.174 | 49.677 | 94.245 | 42.221 | 36.158 |
De belangrijkste mutaties in de boekwaarde van de grondexploitaties zijn als volgt te verklaren:
- Bergweide Westfalenstraat: toename van €1,8 miljoen als gevolg van verwervingskosten (€2,7 miljoen) en verkoop gronden (€1,3 miljoen);
- Havenkwartier Mr de Boerlaan: toename van €0,3 miljoen vanwege planontwikkelingskosten en rente;
- Havenkwartier Stoer Wonen: afname van €1,0 miljoen door grondverkopen;
- Hanzeweg: toename van €0,6 miljoen als gevolg van civiele werkzaamheden;
- Bedrijvenpark A1: toename van per saldo €6,7 miljoen door grondverkopen (vermindering €9,8 miljoen) en verwervingskosten, planontwikkelingskosten en rentekosten (vermeerdering €3,8 miljoen). En herrubricering van vlottende activa in het kader van het faciliterend grondbedrijf (€12,3 miljoen);
- Steenbrugge: toename van €0,6 miljoen als gevolg van planontwikkelingskosten en rentekosten;
- Sluiskwartier: toename van €0,4 miljoen vanwege planontwikkelingskosten en rentekosten;
- Winkelcentrum Keizerslanden: toename van €0,5 miljoen als gevolg van civiele werkzaamheden;
- Eikendal: afname van €3,2 miljoen door grondverkopen (vermindering €4,3 miljoen) en civiele werkzaamheden, rentekosten en planontwikkelingskosten (vermeerdering €1,0 miljoen);
- Wijtenhorst: afname van €1,3 miljoen als gevolg van grondverkopen (vermindering €2,0 miljoen) en milieukosten, planontwikkelingskosten en rentekosten (vermeerdering €0,7 miljoen).
Vlottende activa - Overzicht gereed product en handelsgoederen
(bedragen x € 1.000) | |||||||||||||
Boek | Stand voorz. | Balans | CBR Voorraad eigen verklaring | Her | Vermeer | Vermin | Afschrijvingen | Boek | Rente op voor | Mutaties voor | Stand voorz. | Balans | |
Te verkopen panden en gronden | 10.945 | 0 | 10.945 | 0 | 922 | 16 | 3.501 | 35 | 8.347 | 0 | 0 | 0 | 8.347 |
Overige voorraden | 8 | 0 | 8 | 1 | 0 | 0 | 0 | 0 | 9 | 0 | 0 | 0 | 9 |
Totaal | 10.953 | 0 | 10.953 | 1 | 922 | 16 | 3.501 | 35 | 8.356 | 0 | 0 | 0 | 8.356 |
Voor een nadere toelichting; zie paragraaf Grondbeleid.
Vlottende activa - Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar
De in de balans opgenomen uitzettingen met een looptijd van een jaar of minder kunnen als volgt gespecificeerd worden:
(bedragen x €1.000) | ||||
Boekwaarde | Voorziening | Balanswaarde | Balanswaarde | |
Vorderingen op openbare lichamen | 2.709 | 0 | 2.709 | 2.579 |
Verstrekte kasgeldleningen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Uitzettingen in 's Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan 1 jaar | 23.732 | 0 | 23.732 | 0 |
Rekening-courantverhouding met niet-financiële instellingen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Overige vorderingen | 14.527 | 3.603 | 10.924 | 10.436 |
Overige uitzettingen | 0 | 0 | 0 | 0 |
Totaal | 40.968 | 3.603 | 37.365 | 13.015 |
Vlottende activa - Drempelbedrag Schatkistbankieren (SKB)
(bedragen x €1.000) | ||||
1e kwartaal | 2e kwartaal | 3e kwartaal | 4e kwartaal | |
Op dagbasis buiten 's Rijks schatkist gehouden middelen | 3.472 | 4.690 | 3.763 | 3.889 |
Drempelbedrag | 2.515 | 2.515 | 2.515 | 2.515 |
Totaal | -957 | -2.175 | -1.248 | -1.374 |
In de paragraaf Financiering is het saldo schatkistbankieren nader toegelicht.
Vlottende activa - Liquide middelen
Het saldo van de liquide middelen bestaat uit de volgende componenten:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Kassaldi | 9 | 0 |
Banksaldi | 5.876 | 5.946 |
Vlottende activa - Overlopende activa
De post overlopende activa kan als volgt onderscheiden worden: |
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
De van de Europese en Nederlandse overheidslichamen nog te ontvangen voorschotbedragen die ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, uitgesplitst naar nog te ontvangen van: | ||
- Europese overheidslichamen | 6 | 10 |
- Het Rijk | 1.365 | 2.394 |
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 3.770 | 2.718 |
Overige nog te ontvangen bedragen | 43.296 | 41.135 |
Vooruitbetaalde bedragen die ten laste komen van volgende begrotingsjaren | 2.663 | 2.820 |
Totaal | 51.100 | 49.077 |
- Onder de overige nog te ontvangen bedragen is €20,6 miljoen opgenomen voor faciliterend grondbeleid bedrijvenpark A1 en Spikvoorderenk. Voor nadere toelichting wordt verwezen naar de paragraaf Grondbeleid.
- Voor €15,9 miljoen staat een bedrag van nog te verrekenen BTW met het BTW compensatiefonds onder te ontvangen posten.
- Het resterende bedrag van €6,9 miljoen betreft bijdragen van derden, andere gemeentes en nog te declareren bedragen.
- Voor nadere specificatie van de in de balans opgenomen van de EU, Rijk en provincies nog te ontvangen voorschotbedragen die zijn ontstaan door voorfinanciering op uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel, wordt verwezen naar bijlage 11.
Vaste passiva - Eigen Vermogen
Het in de balans opgenomen eigen vermogen bestaat uit de volgende posten:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Algemene reserve | 17.367 | 10.059 |
Bestemmingsreserve | 50.141 | 62.092 |
Gerealiseerd resultaat | 6.561 | 4.053 |
Totaal | 74.069 | 76.204 |
Het jaarresultaat van €6.561miljoen, verminderd met budgetoverhevelingen van €3.832 miljoen levert een netto resultaat van €2.729 miljoen.
Een samenvattend overzicht en analyse treft u aan onder het exploitatieresultaat.
Voor het verloop per reserve, zie bijlage 7 Staat van reserves.
Vaste passiva - Voorzieningen
Het verloop van de voorzieningen wordt in onderstaand overzicht weergegeven:
(bedragen x €1.000) | |||||
Boekwaarde | Toevoegingen | Vrijval | Aanwendingen | Boekwaarde | |
Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's | 7.285 | 1.010 | 0 | 569 | 7.726 |
Van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden | 2.033 | 506 | 0 | 775 | 1.764 |
Totaal | 9.318 | 1.516 | 0 | 1.344 | 9.490 |
De voorziening voor verplichtingen, verliezen en risico's betreft de voorziening wethouderspensioenen, fonds Evenementen en de voorziening afgesloten complexen grondexploitatie. De toevoeging bij de wethouderspensioenen wordt grotendeels verklaard door rentetoevoeging (€132.000), jaarlijkse toevoeging conform begroting (€214.000) en waardeoverdracht (€264.000). Van deze voorziening is €304.000 aangewend.
De toevoeging bij het fonds Evenementen wordt grotendeels verklaard door de jaarlijkse toevoeging (€ 51.000). Dit bedrag is ook aangewend.
De toevoeging aan de voorziening afgesloten complexen grondexploitatie wordt grotendeels verklaard door de Japanse Duizendknoop (€260.000). Van deze voorziening is een bedrag van €214.000 aangewend met name voor apparaatslasten en programmamanagement.
Aan de van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden wordt een bedrag van €407.000 toegevoegd aan de voorziening Riolen en Gemalen en de fondsen Knecht-Drenth en Reijns zijn verhoogd met de jaarlijkse dotatie van € 91.000.
De voorziening CAI is voor €750.000 aangewend voor een bijdrage aan de nieuwbouw bibliotheek. De voorziening legaat Waanders is voor €25.000 aangewend voor het project "Speelwildernis Woeste Willem".
Vaste passiva - Vaste schulden met een rentetypische looptijd van > 1 jaar
De onderverdeling van de in de balans opgenomen vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar is als volgt:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Onderhandse leningen van: | ||
Binnenlandse banken en overige financiële instellingen | 305.948 | 249.920 |
Binnenlandse bedrijven | 5.327 | 5.465 |
Buitenlandse instellingen | 20.000 | 20.000 |
Sub-totaal | 331.275 | 275.385 |
Door derden belegde gelden | 0 | 612 |
Waarborgsommen | 62 | 66 |
Totaal | 331.337 | 276.063 |
De stijging van de boekwaarde van het onderdeel "Binnenlandse banken en overige financiële instellingen" wordt toegelicht in de paragraaf Financiering.
Vaste passiva - Overzicht vaste schulden met een rentetypische looptijd van > 1 jaar
In het hierna opgenomen overzicht wordt het verloop weergegeven van de vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar over het jaar 2018:
(bedragen x €1.000) | ||||
Saldo 31-12-2017 | Vermeerderingen | Aflossingen | Saldo 31-12-2018 | |
Onderhandse leningen | 275.385 | 75.000 | 19.110 | 331.275 |
Door derden belegde gelden | 612 | 60 | 672 | 0 |
Waarborgsommen | 66 | 7 | 11 | 62 |
Totaal | 276.063 | 75.067 | 19.793 | 331.337 |
De totale rentelast voor het jaar 2018 met betrekking tot de vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar bedraagt €9.192.000.
Vlottende passiva - Kortlopende financiële verplichtingen
Onder de vlottende passiva zijn opgenomen:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar | 24.930 | 57.333 |
Overlopende passiva | 22.797 | 18.149 |
Totaal | 47.727 | 75.482 |
De in de balans opgenomen netto-schulden kunnen als volgt gespecificeerd worden:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Kasgeldleningen aangegaan bij openbare lichamen als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet financiering decentrale overheden | 0 | 0 |
Overige kasgeldleningen | 0 | 25.000 |
Banksaldi | 10.135 | 16.111 |
Overige schulden | 14.795 | 16.222 |
Totaal | 24.930 | 57.333 |
De specificatie van de post overlopende passiva is als volgt:
(bedragen x €1.000) | ||
Boekwaarde | Boekwaarde | |
Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume | 18.774 | 14.154 |
De van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren uitgesplitst naar de ontvangen bedragen van: | ||
- Europese overheidslichamen | 0 | 0 |
- Het Rijk | 1.409 | 1.670 |
- Overige Nederlandse overheidslichamen | 673 | 371 |
Overige vooruitontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen | 1.941 | 1.954 |
Totaal | 22.797 | 18.149 |
Vlottende passiva - Waarborgen en garanties
Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte waarborgen aan natuurlijke- en rechtspersonen kan als volgt naar de aard van de geldlening gespecificeerd worden:
(bedragen x €1.000) | |||||
Aard/ | Oorspronkelijk | Percentage | Boekwaarde | Boekwaarde | |
Gewaarborgde geldleningen | - | - | - | 7.427 | 8.500 |
Gewaarborgde geldleningen voor het verkrijgen en verbeteren van eigen woningen particulieren | - | - | - | 8.770 | 11.672 |
Totaal | 16.197 | 20.172 | |||
* In de bijlage "Staat van gewaarborgde geldleningen" treft u een nadere specificatie aan. |
Het in de balans opgenomen bedrag voor verstrekte garanties bestaat uit de volgende garantstellingen:
(bedragen x €1.000) | ||
Aard/ | Garantiebedrag 31-12-2018 | |
Garantstellingen via waarborgfondsen WEW (NHG) en WSW | - | 1.045.896 |
Overige verleende garanties (o.a. sportverenigingen) | - | 575 |
Totaal | 1.046.471 | |
* In de bijlage "Staat van gewaarborgde geldleningen" treft u een nadere specificatie aan. |
In 2018 is geen aanspraak gemaakt op de verleende borg- en garantstellingen.
Vlottende passiva - Langlopende financiële verplichtingen
De gemeente Deventer is voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blijkende, financiële verplichtingen.
De gemeente Deventer heeft meerjarige contracten voor onderhoud, catering en schoonmaak stadskantoor en huur depot archeologie en parkeergarages.
Daarnaast zijn er meerjarige leasecontracten voor roerende goederen (bedrijfsauto's en ICT apparatuur) en uitbesteding afvalverwerking afgesloten.
Samenvatting - niet uit de balans blijkende verplichtingen:
(bedragen x €1.000) | ||||
Totaalbedrag | Gerealiseerd | Gerealiseerd | Raming bedrag restant verplichting | |
Onderhoud huisvesting gemeentelijk apparaat | 4.619 | 391 | 354 | 3.874 |
Huurovereenkomsten cultureel-, onderwijs-, welzijn en sportgebouwen* | 366 | 299 | 27 | 40 |
Lease overeenkomsten bedrijfswagens | 416 | 91 | 79 | 246 |
Lease overeenkomsten ICT apparatuur | 5.212 | 2.503 | 1.079 | 1.630 |
Huurovereenkomsten parkeergarages | 15.545 | 13.355 | 544 | 1.646 |
Uitbesteding afvalverwerking | 33.745 | 0 | 6.749 | 26.996 |
Overige overeenkomsten | 7.039 | 2.882 | 1.281 | 2.876 |
Totaal | 66.942 | 19.521 | 10.113 | 37.308 |
De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften uit het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV).
Meer informatie
Algemene grondslagen voor het opstellen van de jaarrekening
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden.
De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden.
Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.
In de jaarrekening is de algemene uitkering opgenomen op basis van de, in de septembercirculaire 2018 gepubliceerde accresmededeling.
Personeelslasten worden in principe toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Als gevolg van het formele verbod op het opnemen van voorzieningen c.q. schulden uit hoofde van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, worden sommige personele lasten toegerekend aan de periode waarin uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden gedacht aan componenten als ziektekostenpremie ten behoeve van gepensioneerden, overlopende vakantiegeld- en verlofaanspraken en dergelijke.
Voor arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen. De referentieperiode is dezelfde als die van de meerjarenraming en is vier jaar. Wanneer er sprake is van (eenmalige) schokeffecten (reorganisaties) wordt wel een verplichting/voorziening gevormd. Bepalend voor het instellen van een voorziening is een waarschijnlijk ongelijkmatig karakter van de kosten.
Het gebruik van schattingen is een element bij het opstellen van de jaarrekening. De getrouwheid van de jaarrekening wordt daardoor niet aangetast. Bij schattingen opgenomen in de jaarrekening zijn de volgende punten in acht genomen;
- de aard van de schatting en de bijbehorende veronderstellingen worden als toelichting vermeld;
- er is rekening gehouden met alle relevante (potentiële) omstandigheden voor en na balansdatum; ervaringen in soortgelijke gevallen zijn meegenomen.
Vaste activa
Algemeen
In 2013 is door de raad de richtlijn activeren en afschrijven vastgesteld. Deze richtlijn is een vertaling van de eisen, welke zijn neergelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) inzake duurzame activa, naar de Deventer situatie. De richtlijn biedt een actueel kader voor investeringen en de daaruit voortvloeiende activa en afschrijvingen.
Voor de afschrijvingsduur gelden de afschrijvingstermijnen die zijn opgenomen in de richtlijn activeren en afschrijven (2013). In aanvulling hierop is te melden dat de afschrijvingstermijn van de mobiele telefoons is gesteld op 3 jaar dit gezien de dynamische technische ontwikkelingen. In de jaarrekening is, in aanvulling op de richtlijn activeren en afschrijven, uitgegaan van de notitie grondexploitatie 2016 van de commissie BBV.
Omvangcriterium
Vanaf 1 januari 2005 worden investeringen met een gebruiksduur kleiner dan 3 jaar en/of met een verkrijging- of vervaardigingsprijs lager dan €25.000 niet geactiveerd maar direct ten laste van de programmarekening gebracht.
Vanaf het boekjaar 2013 worden activa, met een verkoop intentie op korte termijn, onder de vlottende activa opgenomen. In de toelichting op de balans wordt de omvang van de actuele waarde vermeld.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling
Kosten van onderzoek en ontwikkeling worden enkel geactiveerd wanneer aan al de ondervermelde voorwaarden wordt voldaan (artikel 60 – BBV);
- het voornemen bestaat het actief te gebruiken of te verkopen;
- de technische uitvoerbaarheid om het actief te voltooien vaststaat;
- het actief in de toekomst economische of maatschappelijke nut zal genereren;
- de uitgaven die aan het actief zijn toe te rekenen betrouwbaar kunnen worden vastgesteld.
Het activeren van voorbereidingskosten voor grondexploitaties als kosten van onderzoek en ontwikkeling is toegestaan onder de volgende voorwaarden;
- De kosten moeten passen binnen de kostensoortenlijst van het Bro; en
- De kosten mogen maximaal 5 jaar geactiveerd blijven staan onder de immateriële vaste activa. Na maximaal 5 jaar moeten de kosten hebben geleid tot een actieve grondexploitatie dan wel een afboeking ten laste van het jaarresultaat; en
- Plannen tot de ontwikkeling van de grond waarvoor de voorbereidingskosten worden gemaakt, moeten bestuurlijke instemming hebben, blijkend uit een raadsbesluit of (gedelegeerd) collegebesluit.
Indeling
In de balans worden onder de materiële vaste activa afzonderlijk verantwoord;
- Investeringen met een economisch nut;
- Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven;
- Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut.
Vaste activa - Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de duurzame waardeverminderingen.
Bijdragen aan activa in eigendom van derden worden conform de richtlijn activeren en afschrijven (2013) geactiveerd wanneer aan de voorwaarden van artikel 61 – BBV is voldaan. De verleende bijdragen worden afgeschreven in een periode die maximaal gelijk is aan de gebruiksduur van het actief bij betreffende derde.
Vaste activa - Materiële vaste activa met economisch nut
In erfpacht uitgegeven gronden.
De in erfpacht uitgegeven percelen zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (dit is de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen). Percelen waarvan de erfpacht eeuwigdurend is, zijn tegen een geringe registratiewaarde opgenomen in de balans. Als bedragen worden ontvangen in verband met afkoop van voortdurend erfpacht dan worden deze bedragen onder de vaste schulden op de balans opgenomen.
Overige investeringen met economisch nut
Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijging- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden onder voorwaarden (direct aantoonbare relatie en geen specifieke voorwaarden voor terugbetaling) in mindering gebracht (na ingebruikname object). Indien niet wordt voldaan aan de voorwaarden wordt de bijdrage tot aan ingebruikname gedoteerd aan een voorziening of geboekt als transitorische post.
Investeringen met economisch nut waarvoor een heffing wordt geheven
Investeringen in riolering of het inzamelen van huishoudelijk afval worden opgenomen in een aparte categorie. Dit zijn investeringen met economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing wordt geheven.
Afschrijven
Slijtende investeringen worden vanaf de boekingsperiode direct aansluitend op het moment van ingebruikneming (n+1) lineair of annuïtair afgeschreven gedurende de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. Op grondbezit (zowel met economisch als maatschappelijk nut) wordt niet afgeschreven. Bij de waardering wordt in voorkomende gevallen rekening gehouden met een bijzondere vermindering van de waarde, indien deze naar verwachting duurzaam is. Dergelijke afwaarderingen worden teruggenomen als ze niet langer noodzakelijk blijken.
Wijziging bestemming activa
Van activa waarvan de bestemming wijzigt (bijvoorbeeld door verkoop) wordt conform artikel 63, lid 5 – BBV de actuele waarde van de nieuwe bestemming toegelicht (verkoop- of taxatiewaarde). Wanneer de duurzame gebruiksintentie eindigt (door verkoopvoornemen), dan wordt het object onder de vlottende activa (voorraden) gerubriceerd. Is de actuele waarde lager dan de boekwaarde, dan vindt afwaardering plaats.
Vaste activa - Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut
Vanaf boekjaar 2017 worden de investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut gelijk behandeld als de investeringen met economisch nut. Dit betekent dat alle investeringen (m.u.v. kunstvoorwerpen met een cultuurhistorische waarde) vanaf 1 januari 2017 op gelijke wijze worden verantwoord en voldoen aan dezelfde eisen wat betreft de waardering, activering en afschrijving.
In de balans worden de investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut afzonderlijk tot uitdrukking gebracht. In de toelichting op de balans worden de investeringen met maatschappelijk nu gesplitst in ‘voor 2017’ geactiveerd en ‘vanaf 2017’ geactiveerd.
Investeringen die op 01-01-2017 nog niet in gebruik zijn genomen worden in hun totaliteit (voor de volledige investeringsomvang) geactiveerd in 2017 of later. Er vindt geen deelactivering plaats.
Vaste activa - Financiële vaste activa
Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en leningen u/g zijn opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht.
Participaties in het aandelenkapitaal van NV’s en BV’s (“kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen” in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Wanneer de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs, zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs. Bijdragen aan activa van derden worden conform de richtlijn activeren en afschrijven (2013) geactiveerd. De verleende bijdragen worden afgeschreven in een periode, gelijk aan de gebruiksduur van het actief waarvoor de bijdrage is verstrekt.
Per 1 januari 2017 worden de bijdragen aan activa in eigendom van derden niet meer verantwoord onder de financiële vaste activa maar onder de immateriële vaste activa.
Vlottende activa
Voorraden
De niet in exploitatie genomen bouwgronden (NIEGG) zijn met ingang van 1 januari 2016 afgeschaft (notitie grondexploitaties – commissie BBV 2016).
Activa die op de dag voor inwerkingtreding van de gewijzigde BBV (01-04-2016) op de balans zijn opgenomen als NIEGG, worden tegen dezelfde boekwaarde opgenomen op de toelichting op de balans als materiële vaste activa categorie ‘gronden en terreinen’. Deze activa worden uiterlijk voor 2020 gewaardeerd op marktwaarde tegen de dan geldende bestemming.
Deze activa worden gedurende deze overgangsperiode apart toegelicht in de toelichting op de materiële vaste activa.
Er wordt rente (omslagrentepercentage) bijgeschreven op de boekwaarde van deze voorraden.
De als “onderhanden werken” opgenomen bouwgronden in exploitatie (BIE) zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs, dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken), alsmede een redelijk te achten aandeel in de rentekosten en de administratie- en beheerskosten.
Winsten uit de grondexploitatie worden slechts genomen indien en voor zover die met voldoende mate van betrouwbaarheid als gerealiseerd aangemerkt kunnen worden. Zolang daarvan geen sprake is worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht. Door de gekozen systematiek is het mogelijk dat een boekwaarde tijdelijke negatief kan staan.
Wanneer tussentijds winst wordt genomen dan wordt de ‘percentage of completion’ methode toegepast.
Gerede producten worden gewaardeerd tegen de kostprijs of tegen de marktwaarde indien de marktwaarde lager is dan de kostprijs. Dat laatste doet zich met name voor indien voorraden incourant zijn. De kostprijs bestaat uit de verrekenprijzen van grond- en hulpstoffen en de loonkosten die aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend.
Voor een geprognosticeerd verlies op de grondexploitatie wordt een verliesvoorziening ingesteld ter grote van het volledige verlies. De voorziening wordt gepresenteerd als waardecorrectie op de post voorraad onderhanden werk (bouwgrond in exploitatie).
De overige grond- en hulpstoffen (magazijnvoorraden) worden gewaardeerd tegen standaard verrekenprijzen die zijn gebaseerd op de gemiddelde betaalde inkoopprijs. Verschillen tussen de standaard verrekenprijs en betaalde inkoopprijs worden als resultaat verantwoord. Incourante voorraden worden afgewaardeerd naar marktwaarde.
Vorderingen
De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening is inzake de algemene private debiteuren bepaald op basis van de geschatte inningskansen per individuele vordering (statische methode). De voorziening voor de belasting debiteuren en de voorziening voor de debiteuren sociale zaken zijn daarentegen dynamisch bepaald in verband met het grote aantal kleine vorderingen.
Vlottende activa - Liquide middelen
Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.
Vlottende activa - Overlopende activa
De overlopende activa maken onderdeel uit van de vlottende activa (artikel 37 – BBV). Onder de overlopende activa vallen de vooruitbetaalde kosten en nog te ontvangen bedragen.
Vooruitbetaalde kosten zijn kosten die reeds zijn betaald, maar waarvan de prestatie (nut) na de balansdatum valt.
Nog te ontvangen bedragen betreft nog te factureren geleverde prestaties. De grondslag voor de ‘vordering’ is voor de balansdatum ontstaan.
Overlopende activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs (artikel 63 – BBV).
Vaste passiva
Reserves
In de, in 2009 door de raad, vastgestelde geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het kaderstellend beleid voor de reserves weergegeven.
Conform artikel 19 – BBV bevat de toelichting op het overzicht van baten en lasten een overzicht van de structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves.
Voorzieningen
In de, in 2009 door de raad, vastgestelde geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen wordt het kaderstellend beleid voor voorzieningen weergegeven. Met ingang van begrotingsjaar 2014 is middels een Wijzigingsbesluit (25-07-2013) van de commissie BBV de toepassing enigszins aangepast en als volgt;
- Voorzieningen worden gevormd wegens:
- Verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten;
- Op de balansdatum bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs te schatten is;
- Kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren;
- De bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b – BBV.
- Tot de voorzieningen worden ook gerekend, van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b – BBV (zijnde de van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren). Deze uitzonderingscategorie wordt conform het BBV verantwoord onder de overlopende passiva.
- Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. Een uitzondering hierop is de voorziening Wethouders-pensioenen, welke wordt gewaardeerd tegen contante waarde.
De onderhoudsegalisatie voorzieningen zijn gebaseerd op een meerjarenraming (de zogenaamde meerjaren onderhoudsplannen - MJOP’s) van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel van) de kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die daarvoor zijn geformuleerd. In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen van dit jaarverslag is het beleid daarvoor nader toegelicht.
Vaste schulden
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde verminderd met de gerealiseerde aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.
Vanaf 1 januari 2017 worden (conform artikel 46, onderdeel e – BBV) de ‘overige leningen met een rentetypische looptijd van één jaar of langer’ afzonderlijk opgenomen onder de vaste schulden.
Algemeen
In 2009 is de geactualiseerde beleidsnota reserves en voorzieningen (juni 2009) door de raad vastgesteld. Deze beleidsnota is een vertaling van de eisen, welke zijn neergelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV) inzake reserves en voorzieningen, naar de Deventer situatie.
De algemene reserves en bestemmingsreserves worden gevormd conform de, door de raad genomen besluiten. Onttrekkingen aan deze reserves geschieden conform daartoe strekkende raadsbesluiten. Bij een aantal reserves is sprake van toevoeging van rente ten laste van de programmarekening op basis van het in de begroting vastgestelde rentepercentage.
Incidentele baten en lasten
Conform artikel 28 – BBV is in de toelichting op de programmarekening een overzicht van de incidentele baten en lasten per programma. Daarin worden per programma de belangrijkste posten (> € 100.000) afzonderlijk gespecificeerd.
Nog te bepalen en te bestemmen resultaat
De basis voor de jaarrekening ligt in de door de gemeenteraad vastgestelde begroting. In de jaarrekening dient tot uitdrukking te worden gebracht, wat werkelijk is gebeurd ten opzichte van de door de raad vastgelegde voornemens in de begroting, inclusief later daarin aangebrachte wijzigingen. Door middel van de voorgeschreven analyse tussen de rekening- en begrotingscijfers wordt inzicht verstrekt in de - eventueel - ontstane verschillen. Conform de programmabegroting mogen in de diverse programma’s geen stortingen en onttrekkingen met betrekking tot de reserves worden opgenomen. Deze mutaties worden gepresenteerd in het overzicht werkelijke toevoegingen en onttrekkingen aan reserves. Nadat het resultaat van de rekening (inclusief exploitatiemutaties in reserves) is bepaald, wordt dit afzonderlijk op de balans vermeld en in de jaarrekening vastgelegd. Na vaststelling van de jaarrekening neemt de gemeenteraad vervolgens een besluit over de bestemming van het resultaat.
Eigen bijdrage CAK
Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming is op grond van de Wmo een eigen bijdrage verschuldigd. Deze eigen bijdrage is afhankelijk van de kostprijs van de voorziening voor de gemeente en de inkomensgegevens van de aanvrager. In de wet is bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage niet wordt uitgevoerd door de gemeente zelf, maar door het CAK. Door privacy overwegingen is de gegevensverstrekking van het CAK aan de gemeente Deventer ontoereikend om de volledigheid en juistheid van de eigen bijdragen te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is.
Gezien het feit dat het CAK verantwoordelijk is voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen geeft zij jaarlijks een mededeling af over de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen (Third party mededeling). Bij het afgeven van deze mededeling betrekt het CAK niet de juistheid, volledigheid en tijdigheid van de gegevens van andere ketenpartners, waardoor de gemeente Deventer niet beschikt over een mededeling waarop volledig kan worden gesteund ten behoeve van de volledigheid van de eigen bijdragen voor de jaarrekening 2018. De gemeente Deventer heeft hierdoor onvoldoende zekerheid omtrent de volledigheid van de eigen bijdragen Wmo van €2.615.320 in haar jaarrekening 2018. Wel kan middels de mededeling zekerheid worden verkregen dat het totaalbedrag aan vastgestelde eigen bijdragen gelijk is aan de door het CAK geïnde en doorbetaalde eigen bijdragen aan de gemeente. Hiermee beschikt de gemeente Deventer in voldoende mate over de zekerheid dat de eigen bijdragen in de jaarrekening 2018 juist zijn verantwoord. Eventuele mogelijke niet verantwoorde eigen bijdragen worden ingeschat als niet significant cq materieel.
Vlottende passiva
Vlottende passiva
De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Borg- en Garantstellingen
Voor zover geldleningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de telling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen. In de toelichting op de balans wordt dit nader gespecificeerd.
Verplichting voortvloeiend uit leasing
De waardering van de verplichting van financial leasing vindt plaats tegen de contante waarde van de contractueel verschuldigde leasetermijnen.
Overlopende passiva
Overlopende passiva zijn verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen (met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskostengerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume (artikel 49, lid 1 – BBV)). Een essentieel kenmerk is dat voor de gemeente een verplichting bestaat. Een verplichting is een plicht of verantwoordelijkheid tegenover een derde om op een bepaalde manier te handelen of te presteren (dit kan voortkomen uit een overeenkomst maar ook uit, door een derde reeds geleverde prestatie waarvoor nog geen betaling heeft plaatsgevonden). Verplichtingen kunnen rechtens afdwingbaar zijn als gevolg van een bindende overeenkomst of wettelijke vereiste.
Vanaf 01-01-2008 worden van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren onder de overlopende passiva opgenomen (artikel 49, onderdeel b– BBV).
Indien op basis van de voorwaarden van de specifieke doeluitkering het niet bestede bedrag moet worden terugbetaald, dan is dit terug te betalen voorschotbedrag verantwoord onder de netto vlottende schulden (artikel 48, onderdeel d – BBV en vraag 2 van deel 15 – vragen en antwoordenrubriek).
Overlopende passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde (artikel 63 lid 7 – BBV).